Het is een ingrijpend onderdeel van het Klimaatverdrag van Parijs: in 2050 moet heel Europa zijn overgegaan op een volledig duurzame energievoorziening. Dat betekent dus geen kolengestookte energiecentrales en geen aardgas meer. Daardoor komen er voor bedrijven en huishoudens in Nederland enorme veranderingen aan. We zullen over moeten stappen van de HR-ketel op andere vormen van verwarming en ook het gasfornuis moet de deur uit. Er is al een begin gemaakt met deze energietransitie, maar is de Nederlandse burger er wel klaar voor?
Gemeentes zijn verantwoordelijk
De overgang van aardgas naar elektrische voorzieningen is een enorm project. In Nederland heeft de Rijksoverheid de verantwoordelijkheid hiervoor neergelegd bij de gemeentes. Deze staan dus voor de lastige taak de eerste wijk te kiezen om van het aardgas af te gaan en om hun burgers te informeren over hun plannen.
Het jaar 2050 lijkt misschien ver weg, maar in sommige gemeentes is deze transitie al begonnen. In Eindhoven is men ambitieus en is de eerste buurt gekozen. Ook in Amsterdam gaan ze aan de slag: de Van Der Pekbuurt is daar de eerste wijk met bestaande bouw die aardgasvrij wordt gemaakt. Plannen die, zoals elke verandering, stuitten op weerstand. Want wat gaat dat leven zonder gasaansluiting eigenlijk kosten? En wie betaalt de rekening van de overstap?
Het zijn bedenkingen die ook bij onderzoek van Motivaction aan de orde kwamen. In het voorjaar van 2018 vroegen wij ruim 1.300 mensen naar hun mening over de aankomende energieverandering.
Pluspunten van gasvrij
Nederlanders zien over het algemeen het voordeel van gasloos wonen in: 77% noemde positieve aspecten en vond daarbij vooral dat een woning zonder aardgas beter is voor het milieu (46%). Ook werd een gasvrij huis gezien als veiliger (17%) en goedkoper (13%).
We waren niet onverdeeld enthousiast bleek uit 33% van de ondervraagden die nadelen noemden. Zij vonden elektrisch koken vervelend (29%) en zagen de overstap naar gasloos wonen als duur (25%).
Een duurzame samenleving
Driekwart van de Nederlanders vindt dat Nederland toe is aan aardgasloos wonen. Toch leggen we de verantwoordelijkheid daarvoor liever neer bij een ander. Met de stelling ‘als het aan mij ligt heb ik morgen een gasloze woning’ was 22% het eens en zei 39% het er niet eens te zijn. De overige 39% was over deze stelling neutraal. We willen dus best Nederland van het aardgas af zien en 20% is zelfs voorstander van het aanpassen van bestaande woningen, maar ruim een derde begint liever niet bij zichzelf.
Kosteloos omschakelen
Als we echt over moeten op elektrische bronnen, willen we dat graag zo goedkoop mogelijk. Een kleine 4% van de ondervraagden is bereid méér te betalen voor gasloos wonen, een derde is bereid het te overwegen. De meerderheid (62%) echter, zegt standvastig ‘nee’ tegen extra kosten vanwege de transitie.
Waar begin je?
Kortom, er is nog weerstand bij de overgang naar aardgasvrij wonen. Daarbij stuit de gemeente op een probleem. Zij moeten hun inwoners mee krijgen, maar waar en bij wie moeten ze beginnen? Een belangrijk onderdeel daarvan is de keuze voor de juiste buurt. Ons MentalityTM-model kan helpen deze belangrijke keuze te vergemakkelijken. Hoe? Door te luisteren naar de verschillende segmenten en te horen hoe zij in het leven staan, wat hun motieven zijn en wat hen beweegt. En door te weten in welke wijken zij wonen.
Wil je weten in waar, in welke wijk je de kansrijke segmenten kunt vinden? En hoe je de communicatie met zo’n wijk vervolgens opzet? De antwoorden op die vragen vind je in het artikel "Hoe kies je je eerste wijk om van het aardgas af te gaan?"
Heb je vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op via .
